Opstand der Georgiërs


In de nacht van 5 op 6 april 1945 kwam een groep van rond de 800 Georgische soldaten in opstand tegen de op Texel gelegerde Duitse soldaten. De Georgiërs waren naar Texel gekomen nadat ze in het oostfront gevangen waren genomen en via werkkampen waren uitgekozen om als hulptroepen te dienen in het Duitse leger. Op 5 april kregen de Georgiërs te horen dat ze werden overgeplaatst naar het front in de buurt van Arnhem waarna de 'Opstand Der Georgiërs' begon.

Texel heeft tot de laatste maand van de oorlog weinig meegekregen van wat zich in de rest van Europa afspeelde. De meeste Texelaars leefde gewoon het leven wat ze altijd al leefde. En de Duitse bezetting heeft dit dan ook vrijwel niet verstoord. Rond 5 april dachten de meeste Texelaars dat de oorlog zijn laatste dagen had bereikt, evenals de Duitse bezetters die al wel wisten dat ze oorlog hadden verloren. De 800 Russen uit Georgië vormde het 822e Georgische Bataljon en waren ingelijfd in de Duitse Wehrmacht. Op donderdag 5 april 1945 gaf de Duitse Klaus Breitner (de bataljonscommandant van de Georgische eenheid) het marsbevel aan de Georgische commandant Sjalwa Loladze dat ze de volgende dag werden overgeplaatst om tegen de geallieerde te vechten in Oost-Nederland. De Russen vreesde dat als ze dit deden ze na de oorlog door de Sovjet Unie als collaborateurs werden gezien en beraamde een al langer geplande opstand. Die beruchte nacht zou de opstand om precies 1:00 uur beginnen.

Georgiërs van het 822 Bataljon
In mei 1940 trekken de eerste Duitsers vanaf de marinebasis in Den Helder naar het vredige waddeneiland Texel. Texel zal samen met Den Helder gedurende de oorlog een belangrijk onderdeel worden van de opdat moment nog te bouwen Atlantikwall. Op 20 mei 1940 komt de eerste Duitser naar Texel die daar de rest van zijn leven zou blijven wonen. Heinz Hlawatschek was een proviandmeester van het Duitse leger en kwam samen met nog een soldaat naar Texel om voorbereidingen te treffen voor de kost van Duitse troepen. In totaal zouden er 2000 Duitse soldaten naar Texel komen, niet zo zeer voor het verdedigen van het eiland maar hoofdzakelijk om een rust perioden te krijgen na een zware tijd. Desalniettemin maken de Duitsers van Texel een zwaar uitgebouwde vesting bestaande uit circa 500 bunkers. Één van de belangrijkste punten op Texel was het Marsdiep tussen Texel en Den Helder. Dit punt vormde een belangrijke konvooiroute en werd zwaar verdedigd vanaf de Zuid-Batterij op de Mok. Hoewel de oorlog voor de Texelaars vooral een oorlog op afstand was. Zou de oorlog aan het Oostfront toch ingrijpende gevolgen voor Texel teweeg brengen. Aan het Oostfront werden namelijk de Georgiërs gevangen genomen die van Texel 'Europa's laatste slagveld' hebben gemaakt.

De Ostlegionen
In juni 1941 word door de Duitsers Operatie Barbarossa gestart die het Rode Leger van Stalin moest verslaan. In het Rode leger diende verschillende Sovjet volkeren waaronder de Georgiërs. Veel van deze troepen werden door de Duitsers gevangen genomen en in kampen gestopt. In de winter van 1941 vroor het 30 tot 40 graden en in sommige kampen overleden 50 tot 80 procent van de gevangen aan de kou, honger, slechte huisvesting en gebrek aan warme kleding. In totaal werden er ruim 5,5 miljoen Russen door de Duitsers gevangen genomen waarvan ruim de helft het niet heeft overleefd. Ook het Duitse leger kent zware verliezen en in het voorjaar van 1942 werd besloten om hulptroepen uit deze kampen te rekruteren waarbij handig word ingespeeld op de nationalistische gevoelens van de Russen. Voor de Russen is de keuze van het toetreden tot het Duitse leger eigenlijk geen keuze. Het is of sterven in de kampen, of in leven blijven en dienen voor de Duitse Wehrmacht. Deze troepen werden de 'Ostlegionen' genoemd en bestond naar schatting uit ongeveer 1 tot 1,5 miljoen man. Één van de deze legioenen was het Georgische legioen bestaande uit 13 veldbataljons die weer bestonden uit 800 Georgiërs en 400 Duitsers. Het Georgische Bataljon wat uit eindelijk op Texel terecht zal komen bereikt via Polen en Frankrijk uiteindelijk in september 1943 Zandvoort als voorlopig eindpunt.

Georgiërs in Zandvoort
Georgiërs op het strand van Zandvoort
Al vrij snel nadat de Georgiërs waren aangekomen in Zandvoort zochten ze contacten in het plaatselijke ondergrondse verzet. Ze slaagde erin in contact te komen met de CPN (Communistische Partij van Nederland) die worden gezien als de eerste verzets-organisatie van Nederland. Hiermee voeren de Georgiërs kleine acties uit zoals het onklaar maken van mijnen voor een eventuele geallieerde landing. Als deze landing uitblijft word het plan gemaakt om in opstand te komen tegen de Duitsers waar twee Georgiërs een hoofdrol in hebben gespeeld. Het gaat daarbij om de Georgische commandant Sjalwa Loladze, en de politieke verbindingsofficier van het bataljon Evgeny Artemidze. In eerste instantie krijgen ze de opdracht van het verzet om met name munitie en levensmiddelen uit de Duitse depots te ontvreemden en over te dragen aan het verzet. De Georgiërs wilden echter meer doen en hadden het plan gesmeed om met het hele 822e Georgische Bataljon bestaande uit 800 Georgiërs op te rukken richting Amsterdam om de bezetter te verslaan. Dit plan werd door Loladze voor het eerst voorgedragen op een bijeenkomst van het verzet in het theehuis van de Haarlemse beeldhouwer Marie Andriessen waar zich in het atelier een wapendepot bevond van het verzet. In dit gesprek tussen Loladze en Artemidze met het verzet werd duidelijk dat het een onmogelijke opgaven was omdat er te weinig man was en te weinig wapens. Na enige tijd besefte de Georgiërs dit ook en werd de afspraak gemaakt enkel in opstand te komen als ze werden ingezet tegen de bondgenoten. Waarschijnlijk heeft de Duitse bezetter lucht gekregen van de plannen voor een opstand want niet veel later na dit gesprek werd het hele 822e Georgische Bataljon na 17 maanden in Zandvoort te hebben gezeten overgeplaatst naar Texel. De Georgiërs wisten hun overplaatsing nog te melden bij het verzet die de informatie weer door speelde naar Engeland wat uiteindelijk resulteerde in een geallieerd bombardement op Zandvoort. 
 
Ortskommandatur in Den Burg 'Hotel Texel' / Lindeboom

Sjorsiërs op Texel
Aan alle bewoners van Texel
Op 10 januari 1945 vertrokken de Georgiërs richting Texel waar ze de eerder gelegerde Noord-Kaukasiërs aflosten. Op Texel werden de Georgiërs direct ingezet bij het bij het uitbouwen van de Atlantikwall wat voor hun vooral bestond uit het bouwen van versperringen en het leggen van mijnen. Mijnen die de Georgiërs veelal de zelfde nacht al weer onklaar maakte. Meteen op de eerste nacht dat de Georgiërs op Texel waren gearriveerd werd er door Artemidze contact gezocht met het verzet op Texel. Artemidze raakte in contact met Jac Keijzer die ondercommandant was bij het Texelse verzet. Artemidze had zijn naam doorgekregen van enkele Kaukasiërs die ook in contact stonden met het Texelse verzet en nu zij waren verdwenen wilden Artemidze dit contact voortzetten. Al snel werd duidelijk dat Artemidze en Loladze nog steeds het plan hadden om tegen de Duitsers in opstand te komen en wilden daarbij graag hulp krijgen van het Texelse verzet en de lokale bevolking. De ondergedoken Kaukasische officier Bet ja Digurow raakt in contact met Artemidze en Loladze in het huis van Jac Keijzer en daar worden de eerste handelingen over een eventuele opstand besproken. De plannen worden gesmeed en de opstand krijgt de codenaam 'Dag der Geboorte' of in het Georgisch 'Denj Rozjdenij' (verjaardag) Het 822e Georgische Bataljon word opgedeeld in 6 groepen die ieder een stuk van het eiland moesten veroveren.

Melikia moest met circa 80 tot 100 man de Zuid-Batterij in handen zien te krijgen wat een moeilijke opdracht was. De bezetting in elke batterij bestond uit gemiddeld 250 man en de Georgiërs hadden nooit toegang tot de batterijen gekregen omdat de Duitsers hun onvoldoende vertrouwden. Een derde moeilijkheid was dat de batterijen waren omgeven door mijnenvelden. De hoofdbewapening van de Zuid-Batterij bestond uit 3 zware stukken geschut die stonden opgesteld in Open Beddingen. Hiermee was het mogelijk in een bereik van 360 graden te vuren en zo naast doelen op zee, ook doelen landinwaarts konden bestoken. Na de Zuid-Batterij moest Melikia doortrekken richting Den Hoorn waar ze bunkers op de Loodsmanduin diende te veroveren.

Loladze zou met zijn groep het Duitse hoofdkwartier Texla in Den Burg overmeesteren. En vervolgens doortrekken naar het Ortskommandatur in Den Burg. Wat zat gevestigd in hotel 'Texel' (tegenwoordig hotel Lindeboom) Bij het Duitse hoofdkwartier Texla stond een grote bunker van het type 617 (Nachrichtenstand für Netzknotenpunkte) in de bunker bevond zich een manschappenverblijf waar al veel Georgiërs waren ondergebracht.

Congladze kreeg de taak om met alle Duitse soldaten in de Dennen en de Koog af te rekenen. In de Dennen bevond zich een grote bunker stelling waar ook al veel Georgiërs waren ondergebracht. Ook rondom de Koog bevonden zich bunkers welke door de groep van Congladze onschadelijk gemaakt diende te worden. Als dit was gelukt zouden ze doortrekken richting Oudeschild waar ze de haven moesten in menen.

Artemidze en Nozadze Kregen de opdracht om het vliegveld De Vlijt te overmeesteren. En vervolgens het gebied rondom de Slufter. Ook hier stonden een aantal bunker stellingen welke uitgeschakeld moesten worden om luchtlandingen van de Duitsers te voorkomen. En eventuele geallieerde luchtlandingen mogelijk te maken.

Madsijdze moest met zijn groep Georgiërs richting de vuurtoren trekken om daar de Noord-Batterij in handen te krijgen. Iets wat net als bij de Zuid-Batterij een vrijwel onmogelijke taak was. In de Noord-Batterij stonden vier stukken geschut en een grote eenheid van de Duitse Marine.

Nu de plannen voor de opstand waren gemaakt gebeurde er iets wat niemand had verwacht en de plannen in een stroomversnelling brachten. Op 5 april kreeg Loladze van de Duitse commandant Klaus Breitner te horen dat de volgende dag 500 van de 800 Georgiërs overgeplaatst werden naar het front in de buurt van Arnhem waar ze ingezet zouden worden tegen de geallieerde.

6 april, de dag van de opstand
Vuurtoren Texel
De Georgiërs besloten direct in opstand te komen omdat als ze eenmaal overgeplaatst waren er vrijwel geen mogelijkheid meer toe was. Ze besloten het Texelse verzet niet in te lichten over hun plannen omdat deze volgens de Georgiërs toch niks deden zonder toestemming uit Engeland. Toch werden enkele leden van het verzet een paar uur van te voren ingelicht maar deze besloten niks te doen omdat ze dachten dat het met een sisser zou aflopen, en wilden geen slapende honden wakker maken. De Georgiërs vertelden de Texelse verzetsmannen dat ze die nacht om 1:00 uur in opstand kwamen met een 'stille trom' Wat inhoudt dat er tijdens de opstand geen geluid gemaakt mag worden wat de omliggende Duitse eenheden wakker zal maken. Om precies 1:00 uur 's nachts worden vrijwel alle Duitsers op Texel met uitzondering van de soldaten op de twee batterijen in koele bloeden vermoord. Elke Georgiër had één of meerder Duitsers toegewezen gekregen welke hij om klokslag 1:00 uur moest ombrengen. Iets wat in de meeste gevallen met messen is gebeurt. De eerste slag was geslaagd en de rest van het plan trede in werking. Congladze kamde De Dennen en De Koog uit en toen dit was gelukt trokken ze richting Loladze die in Den Burg zat. Hier kreeg de groep van Congladze de opdracht richting de haven van Oudeschild te gaan waar nog een aardige groep Duitsers zat. Congladze wilden de haven nog voor zonsopkomst in handen hebben en na enkele gevechten tegen de Duitsers was de haven in handen van de Georgiërs. Vervolgens trokken er een aantal Georgische pelotons richting de batterijen maar wisten deze niet met een aanval te verrassen omdat een aantal Duitsers erin was geslaagd alarm te slaan. Tegen zonsopkomst waren bijna alle 400 Duitsers uit het Georgische Bataljon omgebracht en was een groot deel van het eiland in Georgische handen. Slechts 15 Duitsers uit het Georgische Bataljon overleefde die fatale nacht. De grote bunker bij Texla werd door de Georgiërs gebruikt als commandopost waar hun gewonden heen worden gebracht en hun volgende stappen werden besproken. Ook de Duitse commandant Klaus Breitner weet te ontkomen en slaagt er uiteindelijk in de Zuid-Batterij te bereiken waarna hij groot alarm slaat in Den Helder. In Den Helder word de melding direct serieus genomen en binnen enkele uren staan er 800 extra Duitse soldaten bij de Zuid-Batterij. Terwijl er door de Duitsers een tegenaanval word gepland word bij Texla de Nederlandse vlag gehesen en houd Loladze een toespraak. In samenwerking met het Texelse verzet zijn er pamfletten verspreid waarin word gemeld dat alle Texelse mannen zich bij Loladze moeten melden. Achteraf bleek dat de Texelse mannen zich moesten melden als blijk dat ze achter de Georgiërs stonden. Als ze dit niet deden zouden de Georgiërs de bevolking ook niet sparen. Op het moment dat er honderden burgers op de oproep waren afgekomen en zich hadden verzameld bij Texla begon de Duitse tegenaanval. Texla werd vanaf de batterijen bestookt met granaten waarna Loladze zich met zijn staf terugtrok. Hij liet de bevolking aan hun lot over die uiteindelijk door het verzet weer zijn weggestuurd. Na Texla was ook Den Burg aan de beurt en werden er omstreeks 16:30 uur vanaf de Noord en Zuid-Batterijen, vanaf Den Helden en waarschijnlijk zelfs vanaf Vlieland in minder dan een uur tijd ruim 2000 granaten op het centrum van Den Burg gegooid. Den Burg lag in puin en er waren een groot aantal gewonden en doden. Daarnaast werden er in eerste instantie 14 Texelaars door de Duitsers gearresteerd en overgebracht naar de Mok waar ze gefusilleerd zouden worden. 4 Texelaars wisten te ontsnappen maar de rest is daadwerkelijk op het strand nabij de Mok gefusilleerd. Deze Texelaars werden er van verdacht samen te werken met de Georgiërs maar waren in de meeste gevallen onschuldige burgers.

De Texla bunker
Op 5 april was heel Texel nog in Duitse handen maar na de beruchte nacht op 6 april was op uitzondering van de batterijen heel Texel in handen van de Georgiërs. Na de Duitse tegenaanval die dag was Den Burg en Oudeschild weer in handen van de Duitsers. En trokken de Georgiërs zich terug naar De Koog, het vliegveld en de vuurtoren. Hoewel de Georgiërs zware verliezen kende en terrein verloren bleven ze hard door vechten mede door de wetenschap dat opgeven de kogel betekenden. De Texelse bevolking deelde in het geheim voedsel met de Georgiërs die zich uiteindelijk terugtrokken in de door de Duitsers gebouwde bunkers. Waarin grote hoeveelheden munitie lag. Toch begon het er voor de Georgiërs steeds slechter uit te zien want op de vierde dag kwam ook De Koog weer in Duitse handen. Op 8 april vertrok de reddingsboot van Cocksdorp richting Engeland om hulp te halen nadat al het radioverkeer was weggevallen. Aan boord van de 'Joan Hodson' waren 10 Texelaars en 4 Georgiërs die na 24 uur de Engelse kust wisten te bereiken. Door middel van een lichtkogel lieten ze weten dat ze aan wal wilden en al snel verscheen er een Engels verkenningsvliegtuig die hun de juiste route wees. Na de oorlog is de weg die deze mannen hadden afgelegd als eerbetoon benoemd tot de 'Texel Way' Al snel bleek dat er geen hulp zou komen mede door de net begonnen onderhandelingen over de capitulatie van Duitsland. Toch blijven er op Texel zware gevechten plaats vinden en is de strijd nog maar net begonnen. Rondom vliegveld De Vlijt houden een grote groep Georgiërs zich schuil waarna de Duitsers alle plekken rond het vliegveld waar Georgiërs kunnen zitten in de brand steken en vernietigen. Tientallen boerderijen en huizen gaan in vlammen op en een aantal Georgiërs vind de dood. Onder hun zit ook de Georgische leider Loladze die zat ondergedoken in boerderij Plassendaal. Na zijn dood werd het bevel overgenomen door Congladze die nog enkele dagen stand wist houden. De situatie op Texel werd steeds nijpender want de zowel de Georgiërs als de Duitsers hadden zware verliezen en weinig zicht op vooruitgang.

Op 12 april kwamen de eerste tanks aan op Texel als onderdeel van de naderende zuiveringsactie. De Duitsers wilden Texel meter voor meter uitkammen en elke Georgiërs die ze tegen zouden komen ter plekke doodschieten. En hoewel de Georgiërs het nog enige tijd wisten uit te houden en zelfs enkele tanks wisten uit te schakelen werden ze toch genoodzaakt naar het laatste stukje eiland terug te trekken wat nog in Georgische handen was, de vuurtoren. De opstand was mislukt want in de wijde omtrek van de vuurtoren bevonden zich rond de 2000 Duitse soldaten terwijl de Georgiërs nog maar met een man of 50 waren. De rest van de Georgiërs zat verspreid over het eiland in lege schuurtjes en boerderijen. De Duitsers begonnen hun zuiveringsactie en trokken in een lange rij van om de 7 meter een soldaat over het eiland en schoten alles kapot en in de brand waarvan ze het vermoeden hadden dat er een Georgiër zat. Bij de vuurtoren vonden nog steeds zware gevechten plaats en laatste Georgiërs trokken zich terug in de vuurtoren welke door de Duitsers zwaar onder vuur werd genomen enkele Georgiërs pleegde zelfmoord en andere vochten door tot de laatste kogel. Vanaf dat moment dachten de Duitsers dat hun zuiveringsactie was geslaagd en geen enkele Georgiër op Texel nog in leven was. Maar mede door de heldenmoed van de Texelse bevolking wisten 200 Georgiërs te overleven. Op 5 mei een maand na het uitbreken van de opstand capituleerde Duitsland en was de oorlog over. Alleen op Texel bleven de Duitsers jacht maken op Georgiërs die op hun beurt weer terug vochten tegen de Duitsers. Mede door het ontbreken van geallieerde eenheden op Texel bleef hier de oorlog nog 2 weken door gaan tot daadwerkelijk de Canadezen voet aan wal zetten op Texel. Op 20 mei 1945 gaven de laatste Duitse soldaten op Texel zich over en was de bloedmaand van Texel een geschiedenis die tot op de dag van vandaag zijn sporen nalaat.

Sjalwa Loladze
Loladze
Voordat Loladze toetrad tot het 822e Bataljon had hij de leiding over een eskader bij de luchtmacht van de Sovjet Unie. Tijdens één van zijn tochten werd het vliegtuig waar hij in vloog neergeschoten boven Oekraïne. Loladze wist te ontsnappen met een parachute maar werd op de grond door de Duitsers aangehouden en overgebracht naar een kamp in Poltawa (Oekraïne) Waar de omstandigheden meer dan onmenselijk waren. Hier werd hij waarschijnlijk uitgekozen om te gaan dienen in één van de Oost-Legioenen. Hij werd overgeplaatst naar Polen waar hij getraind werd om uiteindelijk de 5e compagnie van het 822e Georgische Bataljon te gaan leiden.
Tijdens de opstand van de Georgiërs op Texel was hij één van de hoofdrolspelers.
Sjalwa Loladze is doodgeschoten tijdens de zuiveringsactie rondom Zuid-Eierland. Waar hij zat ondergedoken in de boerderij 'Plassendaal die tijdens deze zuiveringsactie door de Duitsers in de brand is gestoken. Loladze wist uit de brandende boerderij te ontsnappen maar werd vrijwel direct door Duits vuur geraakt en overleed in een greppel naast de boerderij. Waarschijnlijk wisten de Duitsers niet wie ze dood hadden geschoten want de zoektocht naar hem bleef doorgaan. Loladze heeft zijn laatste rustplaats gevonden op de Georgische Begraafplaats op Texel.

Het 822e Georgische Bataljon
Nadat de Georgiërs in de werkkampen waren uitgekozen om in het Duitse leger te dienen werden ze overgebracht naar Polen in de buurt van de stad Kruszyna waar ze een training zouden krijgen in het Truppenubungsplatz Mitte Radom (trainingscentrum midden, gelegen in de Poolse stad Radom) Dit trainingscentum was één van de grootste oefenvelden van de Wehrmacht en had een grote van enkele honderden vierkante kilometers. En werd hoofdzakelijk bevolkt door etnische minderheden zoals de Georgiërs. Aan het einde van 1941 waren er dan ook meer dan 12.000 Georgiërs in het kamp en rond de 3000 man Duits personeel. En waren onderverdeeld in 10 tot 13 bataljons.

Bestaande uit in ieder geval de volgende Bataljons
795e Bataljon
796e Bataljon
797e Bataljon
798e Bataljon
799e Bataljon
822e Bataljon
823 Bataljon
824 Bataljon

Het 822e Bataljon
De eerste opdracht die het Bataljon Kreeg was het bestrijden van het Poolse verzet in de nabije omgeving van het kamp. Dit bleek echter al gauw een foute zet van de Duitsers want in plaats van het verzet uit te schakelen werden enkele Georgiërs juist lid van het Poolse verzet. Onder andere van de Armia Krajowa die zouden uitgroeien tot één van de grootste verzets-organisaties van de hele oorlog. Dit speelde zich af omstreeks 1942.

Begin 1943 word het 822e Georgische Bataljon overgeplaatst naar Frankrijk en in September 1943 belanden de meeste Georgiërs in Zandvoort, slechts een klein deel van het Bataljon komt terecht in Beverwijk waar ze worden gelegerd in fort Sint Aagtendijk. Het 822e Bataljon bestond uit 7 compagnies die allen onder leiding stonden van de Duitse commandant Klaus Breitner. De 7 compagnies werden op zichzelf geleid door Georgische commandanten.

1e Compagnie, werd geleid door: Krieger
2e Compagnie, werd geleid door: Tocha
3e Compagnie, werd geleid door: Klein
4e Compagnie, werd geleid door: Rothert
5e Compagnie, werd geleid door: Loladze
6e Compagnie, werd geleid door: Kovan
7e Compagnie, werd geleid door: Congladze

WORD VERVOLGD
Enkele afbeeldingen zijn afkomstig van de website 'Russenoorlog.nl' Weer andere zijn fotokopieën afkomstig uit het oorlogsmuseum op Texel. De informatie is hoofdzakelijk afkomstig uit boeken en docu's. En door ons samengesteld tot bovenstaand artikel. Op dit artikel komt nog een vervolg waarin we dieper in gaan op de personen achter de opstand. Hoe het voor de Georgiërs na de oorlog is verlopen en over de Russische begraafplaats op texel.